Producten van de Artemeersmolen
Lekker anders
Aalter
Bij FlourPower herleeft hun eigen ‘Artemeersmolen’ op unieke wijze een eeuwenoud ambacht in moderne stijl: gedragen en verankerd in de huidige economie staat hun windmolenaarsbedrijf symbool voor een respectvolle omgang met het milieu en cultureel erfgoed.
Zij zijn dé referentie in de provincie Oost-Vlaanderen voor bakkerijen en thuisbakkers als het gaat om ambachtelijk geproduceerde melen en bloem van ecologische teelt.
Op de grens tussen Poeke en Kanegem staat de Artemeersmolen. Ze is een ronde, stenen korenwindmolen en werd in 1810 gebouwd op een opgeworpen molenberg. In 1882 werd de molen vergroot door de konische kuip één meter hoger cilindrisch op te metselen en zo het gevlucht twee meter te vergroten.
De molen werd in 1810, vermoedelijk door Karel Wibo, opgetrokken als opvolger van de vroeger nabij gelegen houten Eekhoutmolen te Kanegem. De eerste eigenaar was François Van De Weghe uit Poeke. Omstreeks 1840 was Karel Landuyt-Wautermans eigenaar, opgevolgd door zijn weduwe in 1877. Het jaar daarop kwam de molen in het bezit van olieslager Fons-Clement Delmeire uit Kanegem en door erfrecht bleef hij in handen van deze familie.
Enkele van de molenaars waren Karel Landuyt, Kamiel en Clement Delmeire-De Sutter, Sander Van Paemel, E. & Cyriel Meirhaeghe (1891-1980) en Roger Van Poucke (+2001).
Op 1 maart 1886 werd de 27-jarige molenaarsknecht Ivo Van de Walle meegesleurd door de pletstenen terwijl hij lijnkoeken maalde. Op 10 maart werd zijn arm afgezet en drie dagen later overleed hij aan de hevigste pijnen. In het begin had deze molen de gemengde bestemming van olie slaan en graan malen. Het oliewerk werd rond 1914 verwijderd waarbij de kollergang ter plaatse werd ingegraven. De tuimelas van de olieslagerij dient thans als steun voor de meelzolder.
Na jarenlang verval kocht Dr. Luc Goeminne uit Zulte de molen aan en liet ze in 1975-’77 maalvaardig herstellen door de molenbouwers Peel uit Gistel. Hierbij werd de Ruston-dieselmotor die in een belendend lokaal lag, verwijderd en als schroot verkocht.
Bij ministerieel besluit van 1985 werd de molen en de omgeving, omwille van hun historische en de industrieel-archeologische waarde, beschermd.
In 2014 werd de molen aangekocht door beroepsmolenaar Mike Ekelschot en nam haar terug professioneel in bedrijf als bakkersmolen.