Chocolade

Smelten voor de puurheid van 'Belgian Chocolate'.

Oost-Vlaanderen verdient wereldwijd zijn strepen met chocoladerepen. De grootste chocoladefabriek ter wereld staat in Wieze en Belgische chocolade is een beschermd kwaliteitslabel dat zoetekauwen in heel de wereld kan bekoren.

Maar hoe komt het dat wij zo goed onze chocoladeboontjes kunnen doppen?
Smul mee van een eeuwenoud chocoladepad dat de hele wereld bestrijkt.

Onze chocolatiers zijn creatieve trendsetters op wereldniveau. Ze creëren een ongezien pallet aan smaakcombinaties.

Geschiedenis

Op een schiereiland tussen Mexico en Guatemala bereidden de Maya’s rond 600 een bitter drankje dat ze ‘tchocoati’ doopten. Als allereerste cacaotelers ooit gebruikten zij hiervoor de kostbare bonen uit de cacaoplant, die ook als betaal-en offermiddel werden ingezet. Enkel koningen, krijgers en atleten die veel energie nodig hadden, mochten de bonen tot zich nemen.

De Tolteken tilden de cacaocultuur tussen 800 en 1100 naar een ander niveau. Ze vereerden de cacaoboom, ‘de Boom van het Paradijs’ en hun Goddelijke Koning ‘Quetzalcoatl’, de grote meester van de cacao. Hoewel de Tolteken en andere stammen in Midden- en Zuid-Amerika aanvankelijk slechts het vruchtvlees tot zich namen, kwam iemand op het idee om de bittere pitten in het vuur te gooien. De lekkere geur deed hem smelten en hij maalde de hete bonen fijn tussen de stenen. Zo ontstond een vrij smeuïge massa, het begin van de chocolade.

Bij zijn aankomst op Guanaja in de Caraïben, proefde Christoffel Columbus in 1502 als eerste Europeaan van het drankje “tchocoatl”. Hij werd er amper door bewogen. In 1519 kreeg Hernán Cortés van de Mexicaanse Azteken een enorme cacaoplantage cadeau. Ze zagen in hem de goddelijke koning Quetzalcoatl. De Spanjaarden maakten het mengsel wat zachter en voegden er suiker, vanille en room aan toe. Deze ’Chocolate’ viel enorm in de smaak bij de kolonisten. Het drankje vond zijn weg naar het Europees vasteland, wanneer Cortés de kostbare bonen vanaf 1529 invoerde in Spanje.

Vanaf 1585 hield cacao steeds meer Europeanen zoet.

Het duurde tot het einde van de 19de eeuw vooraleer mensen letterlijk hun tanden konden zetten in chocolade. De Zwitsers ruilden het drankje voor een vastere vorm: de zoete intrede van melkchocolade en de chocoladereep.
Ook België manoeuvreerde zich naast Zwitserland over de hoogste chocoladelat.
In hartje Brussel werd meer dan een eeuw geleden al de eerste praline ge(s)maakt. Met de haven van Antwerpen als een van de grootste invoerhavens van cacao, speelt België nog steeds een hoofdrol in het hedendaags chocoladelandschap.

De cacaoboom wortelt zich enkel vast in een klimaat dat warm en vochtig is en vaak aan regen wordt blootgesteld. Vooral West-Afrika plukt de vruchten van het feit dat de cacaoboom enkel in een riem van 10 graden rond de evenaar gedijt. De meeste producerende landen, met Ivoorkust en Ghana als absolute koplopers, oogsten twee periodes per jaar: november-januari (hoofdoogst) en mei-juli (tweede oogst).

Eens de bonen zijn geroosterd en gepeld, worden de resulterende cacaonibs gemalen tot een pasta – beter bekend als de ‘cacaomassa’. Om de cacaoboter te verkrijgen, wordt de massa geperst. Het overblijfsel is de cacaokoek en wordt gemalen tot fijn cacaopoeder dat zich hoofdzakelijk een weg baant naar de bakkerij- en zoetwarenindustrie.
Het mengsel van cacaomassa, cacaoboter, melk en suiker wordt verwerkt tot vloeibare chocolade, ‘couverture’ genaamd. ‘Couverture’ wordt zowel gebruikt in bakkerijen als verwerkt tot repen voor de consumentenmarkt.
Cosmetische bedrijven gebruiken cacaoboter als een ingrediënt voor schoonheidsproducten, zoals zeep en vochtinbrengende crèmes.

De gemiddelde Vlaming smult jaarlijks 6 kilogram chocolade en pralines.

Een wereldwijde boon voor ‘Belgian chocolate’.

België is gebeten door chocolade en mag zich zonder blozen tot chocoladeparadijs kronen. Belgische chocolade heeft een hoger cacaogehalte dan de meeste internationale chocolades, bevat 100 % cacaoboter en wordt gemaakt van erg fijn gemalen cacaobonen, zodat ze een fijne structuur heeft van vijftien tot achttien micron. Sinds jaar en dag selecteren onze chocolademakers enkel de bonen van hoogste kwaliteit.

Onze chocolademarkt is er een van talrijke geuren en kleuren. Zowel kleine chocolatiers en pralinemakers als middelgrote ondernemingen zoals Godiva en Leonidas tot de grote spelers als Callebaut en Belcolade, weten elk hun eigen stempel op de Belgische chocoladebeleving te drukken. Onze chocolatiers zijn uitzonderlijk creatief en als trendsetters op wereldniveau ontwikkelen ze een ongezien pallet aan smaken en smaakcombinaties.

Twee derde van zowel de industriële chocolade als de eindproducten die in België geproduceerd worden, baant zich een weg naar het buitenland. Net omdat onze kwaliteitschocolade wereldwijd zo bekend is, groeide de nood aan een chocoladecode. Sinds 2007 mag enkel chocolade die daadwerkelijk uit ons land afkomstig is als ‘Belgian chocolate’ verkocht worden.

Kleur bekennen: wit, bruin, zwart of … roze?

Ooit al roze chocolade geproefd? Pas in 2017 kwam Callebaut met de revolutionaire Ruby chocolade op de markt. We zetten even een cacaoboompje op over de samenstelling van de verschillende kleuren chocolade.

  • Pure chocolade kent een zeer donkere kleur en is opgebouwd uit cacaomassa, cacaoboter en suiker. In België moet pure chocolade uit minimaal 35% cacao bestaan. Hoe hoger het cacaopercentage, hoe minder suiker en cacaoboter en hoe ‘gezonder’ de chocolade. De hoge aanwezigheid antioxidanten in chocolade met minstens 70% cacao heeft zelfs een bloeddrukverlagend effect. Afhankelijk van de bonen kan pure chocolade fruitig tot koffieachtig smaken.

  • Melkchocolade wordt gemaakt uit cacaomassa, cacaoboter, suiker én melkpoeder. Melkchocolade moet minstens 25% cacao bevatten. Het melkpoeder geeft de chocolade een lichtere bruine kleur dan pure chocolade.

  • Witte chocolade bevat geen cacaopoeder en is enkel samengesteld uit cacaoboter, suiker en melkpoeder. Witte chocolade zou je dus geen ‘echte’ chocolade kunnen noemen, maar wordt in de volksmond toch zo genoemd.

  • Ruby chocolade is gemaakt van de ruby-cacaoboon, kent een opmerkelijke roze kleur en proeft fruitig met een fris zuur accent. Steeds meer mensen smelten voor deze vierde natuurlijke soort chocolade die vrij is van smaak-of kleurstoffen.

Zowel de grootste chocoladefabriek ter wereld (Wieze) als het grootste verdeelcentrum (Lokeren) van chocolade staan in Oost-Vlaanderen.

Barry Callebaut produceert jaarlijks 270.000 ton chocolade en is de grootste chocoladeleverancier ter wereld is.

Belgische chocolade bevat 100% cacaoboter en wordt gemaakt van erg fijn gemalen cacaobonen.

  • Informeel – Chocolade uit Oost-Vlaanderen. Februari 1999. Chantal Gheysen.
  • https://www.visitflanders.com/nl/thema-s/lekker-vlaanderen/belgische-chocolatiers/belgische-chocolade/
  • https://fairtradechocolat.be/nl/van-cacaoboom-in-west-afrika-tot-belgische-chocolade/#:~:text=De%20geschiedenis%20van%20chocolade%20in,de%20grootste%20invoerhavens%20voor%20cacao
  • https://www.libelle-lekker.be/artikelen/82493/weetjes-over-chocolade
  • https://nl.cotedor.be/cote-dor/geschiedenis-van-chocolade/
  • De middeleeuwse teljoor – Eric De Keyser – 2020 – Uitgeverij Skribis
  • Goesting in Vlaanderen. Wat wij al eeuwenlang lekker vinden – Eddy Niesten – 2009 – Davidsfonds Uitgeverij

Ontdek meer culinair erfgoed

OKW
Fridge