Groenten

Gezonde vitaminekuur van eigen bodem.

Zin in een aardig en kraakvers intermezzo?
We schotelen je de fijnste groe(n)tjes uit Oost-Vlaanderen voor op een bedje van geschiedkundige planttrekkerij, afgekruid met de meest innovatieve evoluties uit het groententeeltproces. Smakelijk!

Wie een uitje plant naar de Ajuinmarkt in Ledeberg, bezoekt de plek waar Aalsterse ajuinboeren steevast hun producten kwamen aanbieden.

Geschiedenis

Al vanaf het prille begin zette de mensheid haar tanden in groenten. Wilde planten werden geplukt in de vrije natuur en de eetbare delen verorberd.

De overstap naar een sedentair leven bracht het ontstaan van de landbouw met zich mee. De manier van (samen)leven veranderde ingrijpend. Afhankelijk van wat het klimaat schafte, dopte elk werelddeel zijn eigen boontjes.
Erwten, bonen, tarwe, uien, knollen, radijzen en kool baanden zich een weg naar de Europese keuken. Midden-Amerika liet zich eerder door pompoen, tomaat, avocado, maïs en bonen (ver)vullen en Zuid-Amerika ging prat op patat.
Kokosnoot, banaan en rijst waren dan weer de hoofdingrediënten van het Aziatisch keukengebeuren.

Pas toen de Grieken en de Romeinen meer connecties met de naburige landen opbouwden, stak het telen van eigen groenten de kop op in Europa. De verdere bloei van de moestuintraditie kwam er echter pas toen de grote ontdekkingsreizigers allerlei planten introduceerden bij hun terugkomst.

Columbus liet ons in 1492 proeven van aardappelen, maïs, cassave, limabonen, courgettes, pepers en tomaten vanuit Zuid-Amerika. Marco Polo bracht op zijn beurt de eerste kruiden mee uit China.

Omdat groenten en fruit in die tijd gepercipieerd werden als mogelijke ziekteverspreiders, werden ze aanvankelijk met lange tanden onthaald. Toch werden groenten meer en meer als vaste maaltijdcomponent naast vlees en vis gegeten, al was dat eerder als buikvulling. 

In de 18de eeuw plukten vooral de boeren en de kloosters de vruchten van de groententeelt. Ze brachten hun oogst met boerenkar of roeiboot naar de grote steden. Begin 19de eeuw kwamen groenten in een ruimer daglicht terecht. De belangstelling groeide, al bleef zowel de omvang van het assortiment als de aanvoer gering.

Op het eind van de 19e eeuw begon men het kruisen van erwten verder onder de loep te nemen. De ontdekking dat nakomelingen van kruisingen volgens vaste regels de eigenschappen van hun voorgangers erfden, gaf een boost aan het uitbreiden en verbeteren van bestaande gewassen.

Gepaard met deze moderne benadering ging ook het ontstaan van grote ‘teeltfabrieken’, waar groenten onder de perfecte omstandigheden werden geteeld. Tegenwoordig verloopt het hele proces computergestuurd onder constante temperatuur, vochtigheidsgraad en de ideale hoeveelheid licht. Planten groeien niet meer in de volle grond, maar worden op substraat gekweekt. De bemesting en de bestrijding van ziekten worden volkomen uitgebalanceerd.

Wist je dat de Grieken en Romeinen zo verzot waren op peulvruchten dat sommige vooraanstaanden zich ernaar lieten noemen? ‘Cicero’ is bijvoorbeeld Latijns voor erwt.

Kolen hebben bij heel wat historische culinaire klassiekers in de pap te brokken.

Asperges

Lekkere groe(n)tjes uit Oost-Vlaanderen.

In de 16de eeuw stak Keizer Karel niet onder tafel dat hij verlekkerd was op onze Vlaamse asperges en ze zelfs verkoos boven de Spaanse bittere soortgenoot. Op dat moment zagen asperges ‘zo dik als een ganzenveer’ het daglicht in Oost-Vlaanderen. Ze werden gekweekt op basis van Nederlands zaad. Hoewel de regio rond Gent en Sint-Amandsberg zich ontpopten tot geliefkoosde stekjes van de asperge, kwam de aspergeteelt pas eind 18e eeuw helemaal tot bloei in het Mechelse en Klein-Brabant.

De twee Wereldoorlogen drukten de asperge de kop in en het duurde tot 1980 vooraleer er een nieuwe wind waaide door de aspergekweek. Zowel de klassieke teeltzones als West-Vlaanderen, het noorden van Oost-Vlaanderen en de Noorderkempen sprongen mee op de kar. In onze provincie kunnen momenteel nog een (gering) aantal aspergekwekers aarden.

Kolen raken nooit in het slop. Als pure smaakmakers zonder sterallurers zijn ze al eeuwenlang onmisbaar in onze eetcultuur. Momenteel onderscheiden we veel kolen van eigen bodem: bloemkool, boerenkool, broccoli, Chinese kool, paksoi, rodekool, romanesco, savooikool, spitskool, spruitjes en witte kool.

Kolen hebben bij heel wat historische culinaire klassiekers in de pap te brokken. ‘Roode koolen op zijn Gentsch’, ‘Brabantse kooltaart’ en een overvloed aan hutspotten onderstrepen het eeuwenlang belang van het kolenveld.

Eeuwen geleden wisten erwten en bonen al de smaakpapillen van de Grieken en de Romeinen voor zich te winnen.
De voedingswaarde en bewaarbaarheid maakten de peulvrucht ook geliefd in onze contreien.
Vanaf de 13de eeuw groeide de populariteit en de productie van de verse (dop)erwt als kool. Ze verspreidde zich over de hele wereld en werd als eerste groente ingeblikt.

De komst van Amerikaanse, Afrikaanse en Aziatische peulvruchten die hier doorheen de voorbije vier eeuwen steeds meer in de smaak vielen, creëerde ons huidig peulvruchtenpallet in alle geuren en kleuren.

‘Bonenklakkers’ is een term die spottend voor de inwoners van Oudenaarde werd gebruikt. Bonenklakkers waren oudere mannen en vrouwen die voor Wereldoorlog Twee thuis gedroogde bonen en erwten poften ofwel ‘klakten’. De lekkernij, die als voorloper van de popcorn kan worden gezien, werd daarna verkocht op lokale kermissen. Een traditie die nog altijd leeft in Ronse (buuntsies), in Gent (kroakemandel) en in Aalst (gekaste erwten).

Nie weurtelen? De wortel was nochtans de populairste groente in middeleeuws Gent.

Rond 2100 voor Christus was prei al een felgesmaakte voedingsbron voor de piramidebouwers in Egypte. De Romeinse keizer Nero was zo verzot op prei dat hij de bijnaam Porrophagus (preivreter) opgespeld kreeg. In 640 koos de Engelse koning Cadwallader prei als het herkenningsteken voor zijn troepen. Tot op vandaag is prei nog steeds een nationaal symbool van Wales. Belgen eten vaak prei en samen met Frankrijk zorgen we voor ongeveer de helft van de totale Europese opbrengst!

De kiem van de ui werd vijf millenia geleden gelegd in het Midden- en Verre Oosten. Vervolgens verspreidde de ui zich via India naar Europa, waar de groente felgesmaakt werd door de Romeinen.

Tegen het einde van de 19de eeuw, bij het begin van de professionele tuinbouw, konden we de ui bij het Belgisch patrimonium rekenen.

Sommige plekken in Oost-Vlaanderen dragen de uienteelttraditie voor altijd met zich mee. De oorsprong van de bijnaam ‘ajuinen’ voor de Aalstenaars ligt in de 19de eeuw. Toen floreerde de uienteelt in Aalst en omstreken enorm. Wie een uitje plant naar de Ajuinmarkt in Ledeberg, komt op een plek terecht waar vroeger vooral de Aalsterse ajuinboeren hun producten op de markt te koop kwamen aanbieden.

Wortels en knollen vormden de grootste hap uit het groentenpakket van onze voorouders. Terwijl de teelt nog voornamelijk in kloosterorders geschiedde, verwijzen heel wat bronnen uit de 14de eeuw naar de wortel als populaire groente in heel wat Vlaamse steden zoals Gent. De Ninovieten kregen in die tijd ook de bijnaam ‘wortelkrabbers’ toebedeeld.

In de tijd dat steden nog tegen elkaar vochten, wilden de Aalstenaars Ninove veroveren. De totaal verraste poortwachter vond de sleutel van de Koepoort niet en nam vlug een wortel als grendel. Een ezel die voorbij wandelde, kon de wortel niet weerstaan en zo stond de standspoort wagenwijd open voor de vijand. Aalstenaars veroverden de ‘vrije toegang’ tot de stad.

Wist je dat de inwoners van Zottegem met bijnamen de ‘Parreibuiken’ of ‘Parreifretters’ door het leven gaan?

  • Van Dinther Mac – Ons eten  –  2011 – Ministrone – Antwerpen
  • Goesting in Vlaanderen. Wat wij al eeuwenlang lekker vinden – Eddy Niesten – 2009 – Davidsfonds Uitgeverij
  • https://versinspiratie.nl/groente-en-fruit/historie-groenten/historie-van-de-groenteboer#:~:text=In%20Europa%20begon%20het%20telen,Noorden%20van%20Europa%20bekend%20werd.
  • De middeleeuwse teljoor – Eric De Keyser – 2020 – Uitgeverij Skribis
  • https://www.ninove.be/legende-en-spotnamen
  • https://www.standaard.be/cnt/g66uj8m5
  • https://www.zottegem.be/over-zottegem-en-haar-bestuur/over-zottegem/een-vleugje-geschiedenis/zottegemse-spotnamen.aspx#:~:text=Het%20meest%20voor%20de%20hand,hier%20nogal%20wat%20prei%20geteeld.
  • https://www.vlaamswoordenboek.be/definities/term/bonenklakker

Ontdek meer culinair erfgoed

OKW
Fridge