Witloof

Lovenswaardig telen én koken met een witgouden randje.

Onze verrukkelijke Belgische witloofstronkjes kunnen nog steeds op veel nationale en internationale erkenning rekenen. Zo werd grondwitloof uit de Denderstreek door VLAM erkend als streekproduct.

Maar wat is grondwitloof precies en waar verschilt het van witloof uit hydrocultuur?
Wie ging tot op de bodem om het witte goud te doorgronden?
Proef mee van een stronkje witloofwijsheid.

Witlof

Een krop in de keel voor het eerste Belgisch exportsucces!

Geschiedenis

Eind 15de eeuw zou de voorloper van het huidig witloof zijn kopje boven de grond hebben gestoken. De oorspronkelijke, smalle en bittere peen groeide uit tot een dikkere variant en kreeg de naam ‘suikerij’ opgespeld in Vlaanderen en Brussel. Het blad dat de suikerij eind achttiende eeuw vertoonde, was groter en minder bitter van smaak, waardoor de eerste mensen ‘wit loof’ in de mond durfden nemen.

Halfweg de negentiende eeuw zou in het Brusselse de definitieve basis zijn gelegd voor het eerste witloof in kropvorm. De officiële intrede van het witloof zoals wij het nog steeds kennen, gebeurde op de Brusselse markt in 1876. De bijval was overweldigend en in 1883 vond je de Brusselse nieuwigheid ook in de Parijse Hallen; een krop in de keel voor het eerste Belgisch exportsucces!

De Eerste Wereldoorlog was een doorn in het oog van de exportambities. Daarbovenop sloegen heel wat Brabantse boeren op de vlucht en begonnen in Noord-Frankrijk witloof te telen. Vanaf 1918 herpakte de groente zich snel.
Het witte goud was bijzonder geliefd bij voornamelijk welstellende Fransen en mocht zich jarenlang tot vaandeldrager van de Belgische en Vlaamse groente-export kronen.

Begin jaren 1930 sloeg de wereldcrisis genadeloos toe. Koopkracht ging ten gronde en heel wat traditionele markten sloten hun grenzen, ook witloofminnend Frankrijk. Tijdens de Tweede Wereldoorlog ruimde het eerder elitaire witloof letterlijk plaats voor minder verfijnde groenten en basisproducten.

Na de bevrijding schoot de productie opnieuw als witloof uit de grond. De wintergroente vond wederom enthousiaste afnemers op de binnenlandse en buitenlandse markten. In 1948 telde het witloofparadijs ongeveer 4000 hectare, begin van de jaren 1970 maar liefst 11.000 hectare.

Stronkje per stronkje veroverde witloof het hart van steeds meer gebieden: Frankrijk, Nederland, Zwitserland, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en zelfs de Verenigde Staten wisten ons witloof absoluut te smaken. Mooi meegenomen voor de modale teler die meer ontving in het buitenland dan op de eigen markt. Keerzijde van de witte gouden medaille: Frankrijk en Nederland startten hun eigen productie en groeiden uit tot concurrenten.

Het witte goud was aanvankelijk zeer geliefd bij welstellende Fransen.

De liefde voor witloof groeide verder doorheen alle lagen van de bevolking. Door de grote vraag schakelde de sector meer en meer over op aardolie om de teelt te beïnvloeden. Witloof werd steeds minder seizoensgebonden.

De fel stijgende productie -en energiekosten en de algemene economische crisis brachten de binnenlandse afzet en uitvoer naar de bodem. Het witloofimperium wankelde.
De (financiële) steunmaatregelen van de overheid en de hydrocultuur – teelt op het water – brachten ademruimte. In 1987 bereikte de productie van witloof wederom een recordpeil met maar liefst 125.000 ton Belgisch witloof.

Ook Frankrijk en Nederland groeiden na de energiecrisis en produceerden massaal witloof voor de internationale markt en… België.

België verloor de veldslag en in 2005 besloeg ons witloofparadijs nog amper 6800 hectare. Die hectares bevonden zich niet meer exclusief in de geboortestreek rond Brussel, maar steeds meer in regio’s in Oost- en West-Vlaanderen.
Witloof gaf de fakkel van belangrijkste Belgisch exportproduct van de groentesector door aan tomaten en sla.
Het meeste witloof wordt geteeld met hydrocultuur, ook al is de traditionele teelt op volle grond blijven bestaan.

From Belgium, witloof.

De internationale erkenning voor het Belgisch (grond)witloof blijft belangrijk.

Vanaf 2005 ijverde de vzw ‘Brussels Grondwitloof’ voor het bekomen van een EU-label. Op 5 augustus 2008 werden de inspanningen bekroond met de publicatie van de erkenning ‘Beschermde Geografische Aanduiding (BGA) – Brussels Grondwitloof’. Daardoor is het authentieke streekproduct, in grond en onder dekgrond geteelde telersrassen, nu duidelijk omschreven en beschermd.

Grondwitloof uit de Denderstreek kan ondertussen ook een VLAM-bekroning als erkend streekproduct voorleggen.

Tip

Haal witloof uit de plastic verpakking voor je de stronken in de koelkast legt. Anders worden ze sneller bruin. Een geperforeerde plastic zak of een open papieren zak zijn ook prima.

Daglicht: smaakmaker of smaakkraker.


Witloof behoort tot de familie van de cichorei-achtigen. Net als de andere familieleden (roodlof, groenlof) heeft witloof een licht bittere smaak. Als de stronkjes te veel daglicht zien, produceert de plant chlorofyl en krijgen de blaadjes een groene kleur en een erg bittere smaak. Ook de grond waarin het witloof geteeld wordt, is erg bepalend voor de smaak.

Grondwitloofteelt is arbeidsintensief en daar betaal je een pakje meer voor.

Grondwitloof groeit in volle grond en is daardoor slechts van oktober tot april verkrijgbaar. Grondwitloof kweken is een arbeidsintensief proces dat in verschillende fases gebeurt, daarom betaal je een pak meer voor dit witte goud dat als streekproduct erkend is. Eerst kweekt de boer op stikstofarme grond de wortels die nodig zijn om de witte witloofstronkjes te bekomen.

Eens die wortels volgroeid zijn, worden ze ‘ingetafeld’. Dit impliceert dat ze in de winter samen bewaard worden op een koele, droge en donkere plaats zoals een kuil in de grond of een grote emmer. Steevast rechtop, met de punt naar beneden en afgedekt met aarde en eventueel extra folie.

Op die manier, volledig afgeschermd van enig licht, kan er een kropje uit de groeipunt van de wortel schieten. De witloofkropjes zijn oogstklaar wanneer ze tussen de 15 en 25 cm lang zijn.

Hydrowitloof (‘gewoon’ witloof) wordt in bakken met water gekweekt, groeit het hele jaar door en heeft een minder intense smaak dan grondwitloof. Op stromend water in een ruimte met constante temperatuur- en vochtigheidregeling zijn de witte witloofkropjes gemiddeld in 3 tot 4 weken oogstklaar.

Tip

Enkele druppels citroensap helpen om de witte kleur van je witloof te behouden wanneer je het kookt.

Witloof is erg gevoelig voor licht. Kies een donker plekje als je de stronken bewaart.


WWW: Wijze Witloof Weetjes.

  • Vers witloof kan je tot een week bewaren op een donkere, koele plaats (bij voorkeur de groentenlade van de koelkast) om de smaak zo goed mogelijk te behouden. In de koelkast blijven verse witloofstronken ongeveer een week goed.
    In de diepvries is witloof tot twaalf maanden houdbaar. Witloof is erg gevoelig voor licht. Daardoor verkleuren de stronken lichtjes groen. Kies dus een donker plekje als je de stronken buiten de koelkast bewaart. Bij voorkeur een koele plek van 12°C tot 15°C.
  • De wortels die overblijven na het oogsten van de witloofstronkjes gaan niet verloren. Ze worden gebruikt voor veevoeder en biovergisting.
  • Om witloof te telen uit hydrocultuur gebruiken de meeste telers regenwater dat ze zelf opvangen.

Receptinspiratie

Op zoek naar verrassende gerechten met witloof? We bieden je graag grondige inspiratie.

Hespenrolletjes met witloof, made with love.

  • https://www.streekproduct.be/producten/grondwitloof-uit-de-denderstreek
  • https://www.lekkervanbijons.be/groenten/groenten-bewaren/witloof-bewaren
  • https://www.dewassendemaan.be/producten/witloof-0
  • https://boerentrots.be/blog/alle-lof-voor-witloof-zo-belandt-het-witte-goud-op-ons-bord
  • Goesting in Vlaanderen. Wat wij al eeuwenlang lekker vinden – Eddy Niesten – 2009 – Davidsfonds Uitgeverij

Ontdek meer culinair erfgoed

OKW
Fridge